Hoofdstuk 11. Informatiemodellering
11.4 Kwalificeren m.b.v.het programma Infagon
Het kwalificeren van zinnen doen we m.b.v. het programma Infagon.
- Start het programma Ingagon en kies voor een nieuw project.
- Dan krijg je onderstaand venster.
Geef het project, waarmee je wilt beginnen, een naam.
Als je klikt op dan kun
je de drive en de map aangeven, waarin het moet worden opgeslagen.
- Als je op OK klikt dan verschijnt er een venster waarbij in de titelbalk New IG
staat.
IG is de afkorting van Informatie Grammatica, en dat betekent dat je nu
zinnen kunt gaan "kwalificeren". Dus je kunt van zinnen aangeven wat het feittype is, en wat de objecttypen en labeltypen zijn.
- Klik op het icoontje voor New
Expression ,
dan kun je een zin invoeren.
Voer de volgende
zin in: Petra Haarsma zit in klas
V5C
Het eerste wat nu moet gebeuren, is
een naam geven aan dit
feittype.
Typ in het onderste venster, onder Object type / fact type:
zit_in_klas
Gebruik geen spaties in de naam,
en zorg er altijd voor dat er een werkwoord in
voorkomt om verwarring met de objecten te
voorkomen.
Klik op Qualify
- Selecteer nu het
zinsdeel Petra
Haarsma en geef aan wat het objecttype is:
persoon.
Klik op Qualify
- Selecteer nu V5C en geef aan wat het objecttype is: klas.
Klik op Qualify
- Je ziet dat de oorspronkelijke zin is omgezet naar een zin
met objectnamen.
De waarden van de objecten
staan er onder.
Klik op Ready.
- We gaan nu een niveau dieper werken, we gaan aangeven wat de
labeltypen zijn.
Selecteer Petra en
geef aan wat het labeltype
is: voornaam
Klik op
Qualify
- Selecteer Haarsma en
geef aan wat het labeltype is:
achternaam
Klik op Qualify
- Klik net zolang op Ready tot de cursor op V5C staat,
selecteer
V5C en geef aan wat het labeltype
is: klassenaam
Klik op Qualify
- Klik net zolang op Ready tot er OK
verschijnt
De eerste zin is
gekwalificeerd, het resultaat verschijnt nog even in
beeld (zie hieronder), klik dan op OK
- Het resultaat van het kwalificeren zie je in het
IG-venster:
Er worden drie
symbolen gebruikt:
- objecttypen worden met
een cirkel aangegeven: "persoon" en "klas"
- labeltypen worden met
een gestippelde cirkel aangegeven:
"voornaam" en "achternaam" en "klassenaam"
- feittypen worden met
twee gekoppelde rechthoekjes aangegeven:
"zit_in_klas"
Als je op het feittype "zit_in_klas" klikt
dan zie je in het rechter gedeelte van het venster
de ingevoerde zin.
- Als je klikt op het tabblad
OTL (Object Type Level) dan zijn de objecten
in de zin vervangen door de objecttypen, en die
zijn genummerd.
- Als je klikt op het tabblad
LTL (Label Type Level) dan zijn de objecten
in de zin vervangen door de labeltypen.
- Als je klikt op het tabblad
LL (Label Level) dan zie je de
oorspronkelijke zin.
- We gaan nog een zin invoeren.
- Klik weer op het icoontje voor New
expression ,
dan kun je een nieuwe zin invoeren.
Voer de
volgende zin in: Petra Haarsma woont in
Oostermeer
Je moet als eerste weer een
naam geven aan dit feittype,
noem het: woont_in en klik dan op
Qualify
- Selecteer het zinsdeel "Petra Haarsma" en dan moet je
aangeven wat het objecttype is.
Dat hoef je nu niet
in te typen, want dat objecttype heb je al
eerder gehad.
Klik op het
pijltje in het venster voor het
objecttype, dan verschijnen alle objecttypen,
labeltypen en feittypen die we al gehad hebben. Klik op
persoon, en dan op Qualify
- Selecteer nu "Oostermeer" en geef aan wat het objecttype
is: plaats, en klik op Qualify
- Dan zijn we klaar met het eerste niveau: de objecten hebben
we gehad.
De zin wordt omgezet naar een zin
met objectnamen, en de waarden van de objecten
staan er onder.
- Zodra je op Ready klikt geeft het programma aan dat het de
labeltypen bij het objecttype persoon al weet,
omdat die al eerder zijn ingevoerd.
Je hoeft
alleen maar op Match
te klikken om hiermee akkoord te gaan.
- Klik net zolang op Ready
tot de cursor op Oostermeer staat, selecteer
Oostermeer en geef aan wat het labeltype
is: plaatsnaam
Klik op Qualify
- Klik net zolang op Ready tot er OK verschijnt, dan ben je ook
klaar met deze zin.