Pascal | betekenis |
clrscr; | Maak het scherm schoon |
write( ); | Druk af wat tussen haakjes staat |
writeln( ); | Druk af wat tussen haakjes staat en ga daarna naar de volgende regel |
writeln(g:5:2); | Druk de waarde van g af met 2 cijfers achter de komma, en in totaal 5 tekens (dus ook 2 voor de komma) |
readln(a); | Wacht tot er iets wordt ingetypt (afgesloten met enter), sla dat op in de variabele a |
a : = 10; | De variabele a krijgt de waarde 10 |
a : = random(50); | a krijgt een willekeurige gehele waarde onder de 50 (dus 0, 1, 2, ... of 49) |
randomize; | zorgt er voor dat niet elke keer dezelfde willekeurige getallen worden gegenereerd |
textcolor(0); | De tekstkleur wordt zwart |
textbackground(4); | De achtergrondkleur wordt rood |
if ... then ... else ....; | Als ... dan ... en anders .... |
for i : = 1 to 10 do ...; | Herhaal de volgende opdracht 10 keer, en daarbij krijgt i achtereenvolgens de waarden 1, 2, ... 10 |
for i : = 10 downto 1 do ...; | Herhaal de volgende opdracht 10 keer, en daarbij krijgt i achtereenvolgens de waarden 10, 9, ... 1 |
delay(1000); | wacht 1000 milliseconden |
while ... do ...; | Zolang ... doe ... |
repeat ... until ...; | herhaal ... totdat ... |
gotoxy(40,12); | de cursor springt naar de 12-de rij, en daarvan de 40-ste kolom |
l : = length(zin); | de lengte van het woord, dat bewaard wordt in de variabele zin |
t : = zin[5]; | Het 5-de teken van het woord dat bewaard wordt in de variabele zin |
window(10,3,70,20); | Vanaf deze opdracht wordt alleen het rechthoekige gedeelte van het scherm gebruikt dat loopt van het punt (10,3) tot het punt (70,20).
De coördinaten van de punten worden daarna ook berekend t.o.v. (10,3) |
copy(naam,7,6); | Het gedeelte van naam, dat begint met de 7-de letter en dat bestaat uit 6 letters |
delete(naam,5,3); | verwijdert drie tekens uit de naam, vanaf letter 5 |
insert('abc',naam,5); | voegt de letters 'abc' tussen, vanaf plaats 5. Dus de 5-de letter wordt a, de 6-de wordt b, enz |
naam3 : = naam1 + naam2 | De woorden van naam1 en naam2 worden achter elkaar gezet, en dat woord wordt toegekend aan naam3 |
teken : = READKEY; | De computer wacht tot er een teken is ingedrukt, en die wordt in de variabele -teken- opgeslagen. Het teken verschijnt niet automatisch op het scherm. |
a : = trunc(3.64); | a wordt 3, de decimalen worden er afgekapt |
a : = round(3.64); | a wordt 4, het getal wordt afgerond |
t : = chr(65); | t wordt het teken met asc-code 65, dus de A |
c : = ord('A'); | c wordt in dit geval 65: de asc-code van de A |
str(g,s); | converteert een getal g naar een string s |
val(s,r,c); | converteert string s naar een real-getal r. Als het goed gaat krijgt c de waarde 0 |
val(s,i,c); | converteert string s naar een integer-getal i. Als het goed gaat krijgt c de waarde 0 |